Piet Hens

  • Periode: 1902-1971
  • Archiefinstelling: Naturalis
  • Provincie: Limburg, Noord-Brabant, Overijssel
  • Soorten: Buizerd ("Valkbuizerd"), Havik, Patrijs ("Veenpatrijs"), Roodkopklauwier, Matkop, Glanskop, Boomkruiper, Boomklever, Vink (Britse en Sardijnse ondersoorten), Ortolaan, Europese Kanarie
  • Bron: Dagboeken

 

  • Inleiding

Piet Hens heeft zijn leven lang vanuit Limburg een grote invloed gehad op het beschrijven van het voorkomen van de Limburgse vogels, door zijn collectiewerk en het vastleggen van waarnemingen in de eerste avifauna van een Nederlandse provincie. Later leverde hij belangrijke bijdragen aan De Nederlandsche Vogels (1936-1949). In de jaren 60 werd hij een gewaardeerd lid van de Commissie Nederlandse Avifauna. Van 1930-1962 was hij voorzitter van de Club van Nederlandse Vogelkundigen.

 

  • Archiefbeschrijving

De dagboeken van Hens zijn opgenomen bij Naturalis en zijn ook beschreven, zie onder Downloads. De Werkgroep Ornithologisch Erfgoed ontving in 2015 via de kleindochter van Hens, mevrouw Heleen Mossel, nog extra materiaal, dat ook is ondergebracht bij Naturalis. Hens heeft zich ingespannen bij de organisatie van het VIIde Internationale Ornithologische Congres in Amsterdam in 1930, zie het congresboekje onder Downloads.

Bij het archief van de Stichting P.A. Hens Memorial Fund werd een boekenlijst van Hens aangetroffen die gehanteerd werd voor de verkoop onder leden van de Club van Nederlandse Vogelkundigen, zie onder Downloads.

De levensbeschrijving van Piet Hens van de hand van Peter Meijer gebaseerd op zijn dagboeken is gepubliceerd in het Eeuwbericht van de Club van Nederlandse Vogelkundigen, 2011 en is ook te vinden onder Downloads.

Hens was een verdienstelijk schilder getuige het bijgevoegde schilderij van de Buizerd.

 

Buizerd, geschilderd door P.A. Hens in 1955

 

  • Downloads
Hens Archief bij Naturalis, Leiden, in 25 dozen
PDF – 28,4 KB 213 downloads
Inventaris Archief bij Naturalis, Leiden
PDF – 166,8 KB 210 downloads
Beschrijving boekencollectie Hens
PDF – 12,0 MB 200 downloads
Congressus Internationalis Ornithologicus, 1930
PDF – 4,6 MB 215 downloads
Peter C. Meijer, Hens In Eeuwbericht, CNV, 2011
PDF – 764,3 KB 209 downloads

 

  • Over de archiefvormer

Uit K.H. Voous, In de ban van vogels, Uitgeverij Scheffers, 1995. [8.III.1990]

HENS, Petrus Antonius, 27 augustus 1888 - 26 april 1971, burgemeester van het Limburgse Valkenburg-Houthem (1917-1953) en veelzijdig ornitholoog. Piet Hens was, hoewel geboren in Zwolle, Limburger naar aard en gewoonte. Waarnemen, jagen, verzamelen, prepareren, beschrijven, tekenen en later ook schilderen hebben een grote rol in zijn leven gespeeld. Hij heeft daaraan ook, als waar amateur, talrijke nachtelijke uren opgeofferd. Zijn ornithologische dagboeken, begonnen in Zwolle op 19 april 1902, heeft hij tot het eind van zijn leven bijgehouden en omvatten uiteindelijk 40 delen. Zij beschrijven onder meer het talrijke voorkomen van de Ortolaan (1907) en het broeden van de Roodkopklauwier (1909) bij Roermond en het voorkomen van de Europese Kanarie rondom en in Valkenburg tot het ogenblik dat hij door ouderdomsdoofheid de hoge zang van deze vogels niet meer kon horen. Alle dagboeken zijn geschonken aan het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie (RMNH, thans Nationaal Natuurhistorisch Museum) te Leiden

Reeds vóór de scheuring binnen de Nederlandsche Ornithologische Vereeniging (NOV) in 1911 was Hens door correspondentie in contact gekomen met R.C.E.G.J. baron Snouckaert van Schauburg, die hem als vaderlijk vriend in de ornithologie heeft ingeleid en die hij ook volgde in zijn keuze tegen wat toen "overdreven vogelbescherming" genoemd werd (G.A. Brouwer 1954: 104). Onder Snouckaert als voorzitter werd Hens de eerste secretaris van de Club van Nederlandsche Vogelkundigen (1911-1930); later volgde hij Snouckaert op en voerde hij van 1930 tot februari 1962 onafgebroken de voorzittershamer. Hij deed dat op een aristocratische, tegelijkertijd amicale en charmante wijze. Historisch belangrijk is zijn rede uitgesproken ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de "Club" op 23 mei 1936 in de "Buunderkamp" te Wolfheze (Limosa 9 (1936): 1-12). De waardering voor zijn loyale en royale houding bij de fusie van "Club" en NOV per 1 januari 1957 tot Nederlandse Ornithologische Unie (NOU) werd tot uitdrukking gebracht in zijn benoeming tot erelid van zowel de NOV (1958) als de "Club" (1959).

Grote verdienste heeft Hens zich verworven met de nauwkeurige, soms wel eens al te breedvoerig gedocumenteerde beschrijvingen van de avifauna van de provincie Limburg (1924-1925, 1926, 1965), waarin hij veel aandacht besteedde aan het werk van enthousiaste amateurs, boswachters, jachtopzieners en veldwachters, inclusief zijn vrienden pastoor H. Nillesen (Bemelen, later verschillende plaatsen in Limburg), pastoor N. Beckers (Weert), Jules E.Th. Vallen (Ottersum), E.C. Hugo Vallen (Asselt), J.J.H. de Haan (Weert) en vele anderen. Ook jongeren ontving hij met grote voorkomendheid. Aan de hand van zijn collectie maakte hij hen enthousiast voor het betrachten van uiterste nauwkeurigheid, zowel tijdens het waarnemen, als bij de daarop volgende rapportage.

Internationaal werd hij meer bekend door zijn studie van de ondersoorten van Nederlandse vogels, waarvoor hij met talrijke buitenlandse deskundigen in briefwisseling stond en waarover hij op het VIIde Internationale Ornithologische Congres in Amsterdam in 1930 rapporteerde. Met name van Buizerds ("Valkbuizerd"), Haviken, Patrijzen, ("Veenpatrijs"), Matkop- en Glanskopmezen, Boomkruipers, Boomklevers, Vinken (Britse en Sardijnse ondersoorten! - zie P.A. Clancey, Bulletin Brit. Orn. Club 113 (1993): 189-190) en Vlaamse Gaaien legde hij belangrijke, uit geheel Europa afkomstige collecties aan. Hij heeft daarover, al of niet in samenwerking met J.G. van Marle gepubliceerd, later ook met K.H. Voous; gedrieën hebben zij jaren lang een nauw samenwerkend trio gevormd. De grote, fraai geprepareerde en uitvoerig geëtiketteerde vogelcollectie, reeds in zijn jonge jaren begonnen (zie Snouckaert 1907: 46), schonk hij reeds tijdens zijn leven aan het RMNH te Leiden.

Hens is bij ons vooral bekend gebleven als de ziel van de Club van Nederlandse Vogelkundigen tijdens diens merkwaardige bloeiperiode vóór de fusie met de Nederlandse Ornithologische Vereniging in 1957, als gezaghebbend bestuurslid van het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg (meer dan 50 jaar) en van de Stichting Het Limburgs Landschap, tenslotte ook als mede-auteur van De Nederlandsche Vogels (1936-1949), waarvoor hij samen met C. Eykman de rubriek "korte beschrijving en veldkenmerken" en samen met Van Marle de rubrieken "verspreiding buiten Nederland" en de "geographische vormen" verzorgde. Samen met G.C.A. Junge, Van Marle en Voous stelde hij de publicatie Ondersoorten en ondersoortsnamen in de lijst van de Nederlandsche vogels (1962) samen voor gebruik in de Avifauna van Nederland (1962).

Hens was bestuurslid van de Stichting Vogelstrekstation Texel en lid van het International Ornithological Committee van de Internationale Ornithologische Congressen (1950-1958).

Bovenal was Hens een eenvoudig natuurliefhebber, erudiet op uiteenlopende gebieden en diep geïnteresseerd in filosofische en levensbeschouwelijke aspecten van de biologische wetenschappen. De Stichting P.A. Hens Memorial Fund, door zijn dochter en schoonzoon (mevrouw H.A.M. Mossel-Hens en professor D.A.A. Mossel) en enige vrienden, waaronder professor P.L. Nève en professor Voous, in 1974 opgericht, tracht door het verlenen van bescheiden subsidies de voortzetting van de belangstelling en het werk van Hens te bevorderen. Zonder hulp van deze stichting zou de Nederlandse bijdrage aan de taxonomische hoofdstukken in het Handbook of the birds of Europe, the Middle East and North Africa: The birds of the Western Palearctic (1-5, 1977-1988) niet mogelijk zijn geweest. Ook individuele onderzoekers en voorts de start van het tijdschrift Limburgse Vogels, uitgegeven door de Werkgroep Limburgse Vogels, de Vogelwacht Limburg en het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg in 1990 werden door de Hens Stichting gesteund.

 

Publicaties

28 titels (1910-1969). Hens' eerste publicatie, evenwel, is de romantische beschrijving van de vogels waargenomen op de vochtige heide tussen Roermond en Herkenbosch in De Levende Natuur 10(9):184-185 (1905) en in het bijzonder

Hens P.A. 1964-1965, Avifauna van de Nederlandse provincie Limburg benevens een vergelijking met die der aangrenzende gebieden, Publicaties Natuurhistorisch Genootschap Limburg, Reeks XV.

 

Biografieën

Van Nieuwenhoven P.J. 1971, P.A. Hens en het Natuurhistorisch Genootschap, Natuurhistorisch Maandblad 60:89-93.

Voous K.H. 1971, In memoriam Petrus Antonius Hens, Limosa 44:198-203.